Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. gäster:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor gäster (Zweeds) in het Nederlands

gäster:

gäster zelfstandig naamwoord

  1. gäster (besök)
    het bezoek; de visite; de aanloop
    • bezoek [het ~] zelfstandig naamwoord
    • visite [de ~] zelfstandig naamwoord
    • aanloop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. gäster
    de genodigden

Vertaal Matrix voor gäster:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanloop besök; gäster
bezoek besök; gäster
genodigden gäster
visite besök; gäster

Verwante vertalingen van gäster