Gröngöling in het Nederlands vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

gröngöling:
- groentje; nieuwkomer; nieuweling; foet; eerstejaars student; eerstejaars
Wiktionary:
- gröngöling → groene specht, vlasbaard, melkmuil

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor gröngöling (Zweeds) in het Nederlands

gröngöling (novis; nybörjare; nykomling)
het groentje; de nieuwkomer
- groentje [het ~] zelfstandig naamwoord
- nieuwkomer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
gröngöling (nykomling; novis; nybörjare; rookie)
de nieuweling; de nieuwkomer
- nieuweling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- nieuwkomer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
gröngöling (nybörjare; novis; rookie)
foet; eerstejaars student; het groentje; de eerstejaars
- foet [znw.] zelfstandig naamwoord
- eerstejaars student [znw.] zelfstandig naamwoord
- groentje [het ~] zelfstandig naamwoord
- eerstejaars [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
eerstejaars	gröngöling; novis; nybörjare; rookie
eerstejaars student	gröngöling; novis; nybörjare; rookie
foet	gröngöling; novis; nybörjare; rookie
groentje	gröngöling; novis; nybörjare; nykomling; rookie	fegis; hare; mes; rookie
nieuweling	gröngöling; novis; nybörjare; nykomling; rookie
nieuwkomer	gröngöling; novis; nybörjare; nykomling; rookie

Cross Translation:

From	To	Via
• gröngöling	→ groene specht	↔ green woodpecker — Picus viridis
• gröngöling	→ vlasbaard; melkmuil	↔ greenhorn — inexperienced person
• gröngöling	→ groene specht	↔ Grünspecht — Zoologie, Ornithologie: relativ großer Vogel aus der Familie Spechte mit grau-grünem Federkleid und rotem Schopf
• gröngöling	→ melkmuil; vlasbaard	↔ blanc-bec — (familier, fr) jeune homme qui n’a pas encore de barbe.
• gröngöling	→ groene specht	↔ pivert — ornithol\|nocat Variante de pic vert (oiseau).