Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. interjektion:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor interjektion (Zweeds) in het Nederlands

interjektion:

interjektion [-en] zelfstandig naamwoord

  1. interjektion (utrop)
    het tussenwerpsel

Vertaal Matrix voor interjektion:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tussenwerpsel interjektion; utrop

Wiktionary: interjektion

interjektion
noun
  1. een uitroep, een woord, een frase of een zin die een expressie van emotie is

Cross Translation:
FromToVia
interjektion tussenwerpsel InterjektionLinguistik, speziell Grammatik: Wort aus der Wortklasse, zu der Gefühlsausdrücke wie oh, ah, äh und so weiter gehören