Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. jargong:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor jargong (Zweeds) in het Nederlands

jargong:

jargong [-en] zelfstandig naamwoord

  1. jargong (fackspråk)
    het jargon; de vaktaal
    • jargon [het ~] zelfstandig naamwoord
    • vaktaal [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. jargong
    vakbargoens

Vertaal Matrix voor jargong:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jargon fackspråk; jargong
vakbargoens jargong
vaktaal fackspråk; jargong

Wiktionary: jargong


Cross Translation:
FromToVia
jargong jargon; visserslatijn; vaktaal jargon — technical terminology unique to a particular subject
jargong jargon jargon — language characteristic of a particular group