Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. kyrkbesökare:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor kyrkbesökare (Zweeds) in het Nederlands

kyrkbesökare:

kyrkbesökare bijvoeglijk naamwoord

  1. kyrkbesökare
    kerksgezind; kerkelijk; kerks

kyrkbesökare zelfstandig naamwoord

  1. kyrkbesökare
    de kerkgangen; de kerkbezoeken

Vertaal Matrix voor kyrkbesökare:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kerkbezoeken kyrkbesökare
kerkgangen kyrkbesökare
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kerkelijk kyrkbesökare andligt; andäktig; andäktigt; from; fromt; gudfruktigt; kyrkligt; religiös; religiöst
kerks kyrkbesökare
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kerksgezind kyrkbesökare

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van kyrkbesökare