Zweeds

Uitgebreide vertaling voor magi (Zweeds) in het Nederlands

magi:

magi [-en] zelfstandig naamwoord

  1. magi (trolleri)
    de magie
    • magie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. magi (trollerikonst; trolleri; hokus pokus)
    de kunst van het goochelen; de goochelarij; de hocus-pocus
  3. magi (trolldom; häxeri)
    de hekserij; zwarte magie; de toverij; het heksenwerk
  4. magi (trolldom; förtrollning; trolleri; svartkonst; häxkonst)
    de tovenarij
  5. magi (trolldom; förtrollning; häxeri)
    de toverkunst

Vertaal Matrix voor magi:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
de kunst van het goochelen hokus pokus; magi; trolleri; trollerikonst
goochelarij hokus pokus; magi; trolleri; trollerikonst trollerikonst; trollning
heksenwerk häxeri; magi; trolldom väldigt svårt jobb
hekserij häxeri; magi; trolldom
hocus-pocus hokus pokus; magi; trolleri; trollerikonst hokuspokus
magie magi; trolleri
tovenarij förtrollning; häxkonst; magi; svartkonst; trolldom; trolleri
toverij häxeri; magi; trolldom
toverkunst förtrollning; häxeri; magi; trolldom
zwarte magie häxeri; magi; trolldom

Synoniemen voor "magi":


Wiktionary: magi


Cross Translation:
FromToVia
magi toverkracht; toverij; magie; toverkunst magic — use of supernatural rituals, forces etc.