Overzicht
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
- relativpronomen:
-
Wiktionary:
- relativpronomen → betrekkelijk voornaamwoord
- relativpronomen → betrekkelijk voornaamwoord
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor relativpronomen (Zweeds) in het Nederlands
relativpronomen:
-
relativpronomen (släkting; anhörig; familjemedlem)
Vertaal Matrix voor relativpronomen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bloedverwant | anhörig; familjemedlem; relativpronomen; släkting | |
familielid | anhörig; familjemedlem; relativpronomen; släkting | familjemedlem |
Wiktionary: relativpronomen
relativpronomen
Cross Translation:
noun
-
(grammatica, nld) een voornaamwoord dat een betrekkelijke bijzin inleidt.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• relativpronomen | → betrekkelijk voornaamwoord | ↔ relative pronoun — pronoun that introduces a relative clause |