Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. saldo:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor saldo (Zweeds) in het Nederlands

saldo:

saldo [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. saldo (balans; bokslut; tillgodohavande)
    het saldo
    • saldo [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. saldo (balans; bokslut; behållning)
    de activa; de baten; het tegoed; het bezit
    • activa [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • baten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • tegoed [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bezit [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. saldo (bokslut; balans; behållning)
    het banktegoed
  4. saldo (kreditbalans)
    batig saldo
  5. saldo (behållning)
    het winstsaldo

Vertaal Matrix voor saldo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
activa balans; behållning; bokslut; saldo tillgång
banktegoed balans; behållning; bokslut; saldo
baten balans; behållning; bokslut; saldo fördelar
batig saldo kreditbalans; saldo
bezit balans; behållning; bokslut; saldo egendommar; tillgångar
saldo balans; bokslut; saldo; tillgodohavande balans; kontosaldo
tegoed balans; behållning; bokslut; saldo
winstsaldo behållning; saldo

Wiktionary: saldo


Cross Translation:
FromToVia
saldo saldo; overschot reliquat — (term, Jurisprudence de Comptabilité et de Commerce) Ce qui rester dû après la clôture et l’arrêté d’un compte.
saldo saldo; overschot solde — (1)

Verwante vertalingen van saldo