Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. sjaskig:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor sjaskig (Zweeds) in het Nederlands

sjaskig:

sjaskig bijvoeglijk naamwoord

  1. sjaskig (slarvig; slarvigt; ovårdat; )
    onordelijk; wanordelijk; ordeloos
  2. sjaskig (sjaskigt; utsliten; malätet; utslitet)
    verlopen; aan lager wal

Vertaal Matrix voor sjaskig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verlopen upphörd att gälla
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verlopen förgå; gå förbi; hända; passera; ske
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onordelijk oordentligt; osnygg; osnyggt; ostädad; ostädat; ovårdat; sjaskig; sjaskigt; slarvig; slarvigt förvirrad; förvirrat; oordentligt; oordnad; oordnat; oredigt
ordeloos oordentligt; osnygg; osnyggt; ostädad; ostädat; ovårdat; sjaskig; sjaskigt; slarvig; slarvigt förvirrad; förvirrat; oordentligt; oordnad; oordnat; oorganiserad; oorganiserat; oredigt
wanordelijk oordentligt; osnygg; osnyggt; ostädad; ostädat; ovårdat; sjaskig; sjaskigt; slarvig; slarvigt förvirrad; förvirrat; oordentligt; oordnad; oordnat; oredigt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aan lager wal malätet; sjaskig; sjaskigt; utsliten; utslitet
verlopen malätet; sjaskig; sjaskigt; utsliten; utslitet förfallet; förfluten; förflutet; i trasor; oansenlig; oansenligt; ovårdat; raggigt; ruggig; ruggigt; utgången; utgånget

Synoniemen voor "sjaskig":


Verwante vertalingen van sjaskig