Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. stek:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor stek (Zweeds) in het Nederlands

stek:

stek [-en] zelfstandig naamwoord

  1. stek (rumpstek)
    de steak; de biefstuk
    • steak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • biefstuk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor stek:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
biefstuk rumpstek; stek
steak rumpstek; stek

Wiktionary: stek


Cross Translation:
FromToVia
stek knoop knot — looping
stek biefstuk; steak steak — slice of beef

Verwante vertalingen van stek