Zweeds

Uitgebreide synoniemen voor kurs in het Zweeds

kurs:

kurs [-en] zelfstandig naamwoord

  1. kurs
    kurs; lärande; instruction; lektion
  2. kurs
    kurs; värde
    • kurs [-en] zelfstandig naamwoord
    • värde [-ett] zelfstandig naamwoord
  3. kurs
    studie; kurs
    • studie [-ett] zelfstandig naamwoord
    • kurs [-en] zelfstandig naamwoord
  4. kurs
    kurs; riktning
    • kurs [-en] zelfstandig naamwoord
    • riktning [-en] zelfstandig naamwoord
  5. kurs
    kurs; börsnotering; börspris
  6. kurs
    kurs
    • kurs [-en] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "kurs":


Verwante synoniemen voor kurs