Overzicht


Zweeds

Uitgebreide synoniemen voor naivitet in het Zweeds

naivitet:

naivitet [-en] zelfstandig naamwoord

  1. naivitet
    godtrogenhet; lättrogenhet; naivitet
  2. naivitet
    dumhet; enfald; naivitet
    • dumhet [-en] zelfstandig naamwoord
    • enfald [-en] zelfstandig naamwoord
    • naivitet [-en] zelfstandig naamwoord
  3. naivitet
    oskyldighet; naivitet