Overzicht
Zweeds Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. orkester:


Zweeds

Uitgebreide synoniemen voor orkester in het Zweeds

orkester:

orkester [-en] zelfstandig naamwoord

  1. orkester
    orkester
  2. orkester
    band; grupp; orkester
    • band [-ett] zelfstandig naamwoord
    • grupp [-en] zelfstandig naamwoord
    • orkester [-en] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "orkester":