Zweeds

Uitgebreide synoniemen voor oro in het Zweeds

oro:

oro [-en] zelfstandig naamwoord

  1. oro
    bekymmer; oro
    • bekymmer [-ett] zelfstandig naamwoord
    • oro [-en] zelfstandig naamwoord
  2. oro
    oro; angelägenheter
  3. oro
    stress; oro; orolighet; jäkt
    • stress [-en] zelfstandig naamwoord
    • oro [-en] zelfstandig naamwoord
    • orolighet [-en] zelfstandig naamwoord
    • jäkt [-ett] zelfstandig naamwoord
  4. oro
    oro; oväsen; tumult
    • oro [-en] zelfstandig naamwoord
    • oväsen zelfstandig naamwoord
    • tumult [-ett] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "oro":