Zweeds

Uitgebreide synoniemen voor snabbt in het Zweeds

snabbt:

snabbt bijvoeglijk naamwoord

  1. snabbt
    snabbt; rappt; bums; på momangen
  2. snabbt
    plötsligt; snabbt; oväntad; abrupt
  3. snabbt
    snabb; flyktigt; snabbt
  4. snabbt
    snabb; brådskande; skyndsamt; snabbt
  5. snabbt
    kvick; snabb; snabbt
    • kvick bijvoeglijk naamwoord
    • snabb bijvoeglijk naamwoord
    • snabbt bijvoeglijk naamwoord
  6. snabbt
    vaken; snabb; kvickt; snabbt; vaket
    • vaken bijvoeglijk naamwoord
    • snabb bijvoeglijk naamwoord
    • kvickt bijvoeglijk naamwoord
    • snabbt bijvoeglijk naamwoord
    • vaket bijvoeglijk naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "snabbt":


Verwante synoniemen voor snabbt