Overzicht
Zweeds Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. träl:


Zweeds

Uitgebreide synoniemen voor träl in het Zweeds

träl:

träl [-en] zelfstandig naamwoord

  1. träl
    träl; slav
    • träl [-en] zelfstandig naamwoord
    • slav [-en] zelfstandig naamwoord
  2. träl
    träl; livegen
    • träl [-en] zelfstandig naamwoord
    • livegen zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "träl":