Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onvast (Nederlands) in het Engels

onvast:

onvast bijvoeglijk naamwoord

  1. onvast (wankel; wankelend; wankelbaar; rank; los)
    unstable; staggering; waddling; unsettled; toddling; rickety; tottering
  2. onvast (niet zeker; ongewis)
    uncertain

Vertaal Matrix voor onvast:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
staggering gesteiger
tottering wankeling
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rickety los; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend gammel; krakkemikkig; wankel; wrak; zwak
staggering los; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend waggelend
tottering los; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend waggelend
uncertain niet zeker; ongewis; onvast bedenkelijk; betwist; donker; dubieus; duister; glibberig; kwestieus; obscuur; omstreden; onguur; twijfelachtig; verdacht
unsettled los; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend onbeslist; onbestendig; onuitgemaakt; veranderlijk; wisselvallig
unstable los; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend gedesequilibreerd; grillig; inconsistent; insolide; nukkig; onberekenbaar; onevenwichtig; onstabiel; onvoorspelbaar; onzeker; variabel; variërend; veranderlijk; wankel evenwicht; wiebelend; wiebelig; wispelturig; wisselend; wisselvallig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
toddling los; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend waggelend
waddling los; onvast; rank; wankel; wankelbaar; wankelend waggelend

Verwante woorden van "onvast":

  • onvastheid