Nederlands
Uitgebreide synoniemen voor totaal geschift in het Nederlands
totaal geschift: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- totaal: volledig; compleet; totaal; helemaal; grondig; degelijk; diepgaand; volkomen; diepgravend; niet oppervlakkig; absoluut; in het geheel; alles; heel; geheel; vol; eenheid; som; volledigheid; totaliteit; gezamenlijkheid; volkomenheid; voltalligheid
- geschift: geschift; knots; getikt; knettergek; krankjorum; kierewiet; hoorndol; niet goed snik; gek; idioot; gestoord; zot; achterlijk; maf; krankzinnig; mesjogge; stupide; idioterig; mal
- schiften: sorteren; ordenen; rangeren; kiezen; uitzoeken; selecteren; uitkiezen; schiften; uitpikken; ziften; selectie toepassen; verzuren; zuur worden