Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bedacht (Nederlands) in het Zweeds

bedacht:

bedacht bijvoeglijk naamwoord

  1. bedacht (gefabriceerd)
    påhittad; påhittat
  2. bedacht (voorbereid; gewapend)
    förberett; redo; beredd; berett
  3. bedacht (gefantaseerd)
    påhittat; uppfunnen
  4. bedacht (fictief; denkbeeldig; gefingeerd; verzonnen)
    påhittat; fingerad; uppdiktad; uppdiktat; fiktivt

Vertaal Matrix voor bedacht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beredd bereidheid; bereidwilligheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beredd bedacht; gewapend; voorbereid
berett bedacht; gewapend; voorbereid bereidvaardig; gewillig
fiktivt bedacht; denkbeeldig; fictief; gefingeerd; verzonnen denkbeeldig; fantastisch; illusoir; imaginair
fingerad bedacht; denkbeeldig; fictief; gefingeerd; verzonnen
förberett bedacht; gewapend; voorbereid panklaar
påhittad bedacht; gefabriceerd
påhittat bedacht; denkbeeldig; fictief; gefabriceerd; gefantaseerd; gefingeerd; verzonnen denkbeeldig; fantastisch; illusoir; imaginair
redo bedacht; gewapend; voorbereid
uppdiktad bedacht; denkbeeldig; fictief; gefingeerd; verzonnen
uppdiktat bedacht; denkbeeldig; fictief; gefingeerd; verzonnen
uppfunnen bedacht; gefantaseerd

Verwante woorden van "bedacht":

  • bedachte

bedenken:

bedenken werkwoord (bedenk, bedenkt, bedacht, bedachten, bedacht)

  1. bedenken (verzinnen; uitdenken; verdichten; fantaseren; voorwenden)
    uppfinna; konstruera; hitta på
    • uppfinna werkwoord (uppfinner, uppfann, uppfunnit)
    • konstruera werkwoord (konstruerar, konstruerade, konstruerat)
    • hitta på werkwoord (hittar på, hittade på, hittat på)
  2. bedenken (plan beramen; verzinnen; beramen; zinnen)
    plannera; göra planer
    • plannera werkwoord (plannerar, plannerade, plannerat)
    • göra planer werkwoord (gör planer, gjorde planer, gjort planer)
  3. bedenken (overpeinzen; beschouwen; nadenken; )
    betänka; fundera över; besinna; överväga
    • betänka werkwoord (betänker, betänkte, betänkt)
    • fundera över werkwoord (funderar över, funderade över, funderat över)
    • besinna werkwoord (besinnar, besinnade, besinnat)
    • överväga werkwoord (överväger, övervägde, övervägt)
  4. bedenken (te binnen schieten; te binnen vallen)
    komma ihåg
    • komma ihåg werkwoord (kommer ihåg, komm ihåg, kommit ihåg)

Conjugations for bedenken:

o.t.t.
  1. bedenk
  2. bedenkt
  3. bedenkt
  4. bedenken
  5. bedenken
  6. bedenken
o.v.t.
  1. bedacht
  2. bedacht
  3. bedacht
  4. bedachten
  5. bedachten
  6. bedachten
v.t.t.
  1. heb bedacht
  2. hebt bedacht
  3. heeft bedacht
  4. hebben bedacht
  5. hebben bedacht
  6. hebben bedacht
v.v.t.
  1. had bedacht
  2. had bedacht
  3. had bedacht
  4. hadden bedacht
  5. hadden bedacht
  6. hadden bedacht
o.t.t.t.
  1. zal bedenken
  2. zult bedenken
  3. zal bedenken
  4. zullen bedenken
  5. zullen bedenken
  6. zullen bedenken
o.v.t.t.
  1. zou bedenken
  2. zou bedenken
  3. zou bedenken
  4. zouden bedenken
  5. zouden bedenken
  6. zouden bedenken
diversen
  1. bedenk!
  2. bedenkt!
  3. bedacht
  4. bedenkende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bedenken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
besinna bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen
betänka bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen bezinnen; op het oog hebben
fundera över bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen
göra planer bedenken; beramen; plan beramen; verzinnen; zinnen
hitta på bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden achter komen; grimeren; uitvinden; voorjokken; voorliegen
komma ihåg bedenken; te binnen schieten; te binnen vallen memoriseren; onthouden
konstruera bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden in het leven roepen; maken; ontwerpen; scheppen
plannera bedenken; beramen; plan beramen; verzinnen; zinnen
uppfinna bedenken; fantaseren; uitdenken; verdichten; verzinnen; voorwenden in het leven roepen; maken; scheppen; uitvinden
överväga bedenken; beschouwen; bespiegelen; nadenken; overdenken; overpeinzen; peinzen afwegen; bekijken; beraadslagen; beraden; beschouwen; consideren; iets overwegen; kunnen doodvallen; op het oog hebben; overdenken; overleggen; overwegen; wikken en wegen
- verzinnen

Synoniemen voor "bedenken":


Verwante definities voor "bedenken":

  1. in gedachten houden1
    • bedenk wel dat je vroeg op moet1
  2. toch maar niet doen1
    • ik wilde gaan schaatsen, maar ik heb me bedacht1
  3. iets in je hoofd halen1
    • kun je een woord bedenken met -ing op het eind?1

Wiktionary: bedenken


Cross Translation:
FromToVia
bedenken mynta coin — to make up or invent, and establish
bedenken betrakta; begrunda; tänka; betänka consider — think about seriously
bedenken betänka bedenken — sich gedanklich mit etwas auseinandersetzen
bedenken ihågkomma bedenken — jemandem etwas zukommen lassen, jemandem etwas schenken
bedenken tänka ut; uttänka erdenken — (transitiv) etwas ausdenken, sich etwas Neues einfallen lassen
bedenken begrunda; besinna; betänka; övertänka réfléchir — À trier

Verwante vertalingen van bedacht