Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. scharfsichtig:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor scharfsichtig (Duits) in het Nederlands

scharfsichtig:

scharfsichtig bijvoeglijk naamwoord

  1. scharfsichtig (scharfsinnig; klug; schlagfertig)
    slim; schrander; gis
    • slim bijvoeglijk naamwoord
    • schrander bijvoeglijk naamwoord
    • gis bijvoeglijk naamwoord
  2. scharfsichtig (mit vorraussehendem Blick; hellsichtig; hellseherisch; prophetisch; scharfblickend)
  3. scharfsichtig (geistreich; kundig; fähig; )
    ingenieus; knap; vindingrijk; briljant; kundig; vaardig; kunstig
  4. scharfsichtig (prophetisch; hellsichtig; prophezeiend; hellseherisch; scharfblickend)
    voorzeggend; profetisch
  5. scharfsichtig (hellsichtig; hellseherisch; prophetisch; scharfblickend)
    scherpziend

Vertaal Matrix voor scharfsichtig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
briljant aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; tüchtig ausgezeichnet; glänzend; luminös; vortrefflich; vorzüglich
gis klug; scharfsichtig; scharfsinnig; schlagfertig
ingenieus aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; tüchtig
knap aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; tüchtig allerliebst; angenehm; anmutig; anziehend; attraktiv; aufgeweckt; charmant; entzückend; fesch; fiffig; flott; gefällig; gescheit; geschickt; goldig; graziös; gutaussehend; hübsch; klug; lieblich; nett; pfiffig; reizend; schick; schlau; schmuck; schön; süß; tüchtig; zierlich
kundig aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; tüchtig fachgerecht; fachkundig; geschickt; gewandt; geübt; handlich; klug; pfiffig; raffiniert; scharfsinnig; schlau; spitzfindig; tauglich; treffend; tüchtig
kunstig aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; tüchtig
profetisch hellseherisch; hellsichtig; prophetisch; prophezeiend; scharfblickend; scharfsichtig
schrander klug; scharfsichtig; scharfsinnig; schlagfertig aufgeweckt; ausgekocht; ausgeschlafen; behende; brillant; clever; flink; flott; geistreich; gelehrt; genial; gerissen; gescheit; geschickt; gewandt; gewichst; gewieft; gewiegt; geübt; hinterlistig; hochgelehrt; intelligent; klug; listig; nett; pfiffig; scharfsinnig; schlagfertig; schlau; spitzfindig; weise; witzig
slim klug; scharfsichtig; scharfsinnig; schlagfertig aufgeweckt; ausgekocht; ausgeschlafen; behende; clever; flink; flott; gebildet; geistreich; gelehrt; gerissen; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; gewichst; gewieft; gewiegt; gewitzt; geübt; hinterlistig; intelligent; klug; listig; nett; pfiffig; scharfsinnig; schlagfertig; schlau; spitzfindig; witzig
vaardig aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; tüchtig geschickt; gewandt; geübt; handlich; klug; pfiffig; raffiniert; scharfsinnig; schlau; spitzfindig; tauglich; treffend; tüchtig
vindingrijk aufgeweckt; ausgelernt; behende; fachmännisch; fähig; geistreich; gekonnt; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; klug; kundig; sachverständig; scharfsichtig; scharfsinnig; schlau; tüchtig erfinderisch; scharfsinnig; sinnreich
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
met vooruitziende blik hellseherisch; hellsichtig; mit vorraussehendem Blick; prophetisch; scharfblickend; scharfsichtig
scherpziend hellseherisch; hellsichtig; prophetisch; scharfblickend; scharfsichtig
voorzeggend hellseherisch; hellsichtig; prophetisch; prophezeiend; scharfblickend; scharfsichtig

Synoniemen voor "scharfsichtig":


Wiktionary: scharfsichtig


Cross Translation:
FromToVia
scharfsichtig scherpziend perspicace — Qui a de la perspicacité. Doué d’un esprit pénétrant et capable d’apercevoir ce qui échappe à la plupart des gens.

Computer vertaling door derden: