Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Vergitterung:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Vergitterung (Duits) in het Zweeds

Vergitterung:

Vergitterung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Vergitterung (Gitter; Stange; Stab; Gitterwerk; Gitterstab)
    stång; ribba; bjälke
    • stång [-en] zelfstandig naamwoord
    • ribba [-en] zelfstandig naamwoord
    • bjälke [-en] zelfstandig naamwoord
  2. die Vergitterung (Gitter; Drahtgitter; Gitterwerk; )
    skärm
    • skärm [-en] zelfstandig naamwoord
  3. die Vergitterung (Gitterumzäunung; Umgitterung)
    stängsel; inhägnande
  4. die Vergitterung (Gitterwerk; Gitter)
    kallerverk
  5. die Vergitterung (Zaun; Gitter; Umzäunung; )
    staket
    • staket [-ett] zelfstandig naamwoord
  6. die Vergitterung (Umgitterung; Bucht; Umzäunung; )
    staket; stängsel
    • staket [-ett] zelfstandig naamwoord
    • stängsel [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Vergitterung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bjälke Gitter; Gitterstab; Gitterwerk; Stab; Stange; Vergitterung Balken; Kreuzholz
inhägnande Gitterumzäunung; Umgitterung; Vergitterung
kallerverk Gitter; Gitterwerk; Vergitterung
ribba Gitter; Gitterstab; Gitterwerk; Stab; Stange; Vergitterung Torlatte
skärm Drahtgitter; Gitter; Gitterumzäunung; Gitterwerk; Gitterzaun; Umgitterung; Vergitterung Bildschirm; Kulisse; Schirm; Vorhang
staket Abtrennung; Balustrade; Bucht; Drahtgitter; Einzäunung; Gatter; Gitter; Gittertür; Gitterumzäunung; Gitterzaun; Gitterzäune; Umgitterung; Umzäunung; Vergitterung; Zaun Abzaunung; Begrenzung
stängsel Balustrade; Bucht; Einzäunung; Gittertür; Gitterumzäunung; Gitterzäune; Umgitterung; Umzäunung; Vergitterung Abzaunung; Begrenzung; Einzäunung; Umzäunung; Zaun; vergitterung
stång Gitter; Gitterstab; Gitterwerk; Stab; Stange; Vergitterung Mast; Pfahl; Querbalken; Querholz; Riegel; Stab; Staken; Stange; Stock; Tafel; Zuchtrute