Engels
Uitgebreide synoniemen voor cheaply in het Engels
cheaply:
-
cheaply
cheap; inexpensive; low-priced; cheaply; at a low price; dirt-cheap-
cheap bijvoeglijk naamwoord
-
inexpensive bijvoeglijk naamwoord
-
low-priced bijvoeglijk naamwoord
-
cheaply bijwoord
-
at a low price bijwoord
-
dirt-cheap bijvoeglijk naamwoord
-
-
cheaply
– with little expenditure of money 1 -
cheaply
– in a cheap manner 1cheaply; tattily; inexpensively– in a cheap manner 1-
cheaply bijwoord
-
tattily bijwoord
-
inexpensively bijwoord
-
-
cheaply
– in a stingy manner 1
Verwante woorden van "cheaply":
Alternatieve synoniemen voor "cheaply":
Antoniemen van "cheaply":
Verwante definities voor "cheaply":
cheaply vorm van cheap:
-
cheap
cheap; inexpensive; low-priced; cheaply; at a low price; dirt-cheap-
cheap bijvoeglijk naamwoord
-
inexpensive bijvoeglijk naamwoord
-
low-priced bijvoeglijk naamwoord
-
cheaply bijwoord
-
at a low price bijwoord
-
dirt-cheap bijvoeglijk naamwoord
-
-
cheap
cheap; low-priced; inexpensive-
cheap bijvoeglijk naamwoord
-
low-priced bijvoeglijk naamwoord
-
inexpensive bijvoeglijk naamwoord
-
-
cheap
– relatively low in price or charging low prices 1cheap; inexpensive– relatively low in price or charging low prices 1-
cheap bijvoeglijk naamwoord
-
inexpensive bijvoeglijk naamwoord
-
-
cheap
– embarrassingly stingy 1 -
cheap
– of very poor quality; flimsy 1
-
cheap
-
cheap