Home ->Woordenboeken ->Engels/Engels ->Vertaal gatherings

Synoniemen voor "gatherings" in het Engels

Overzicht
Engels Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. gatherings:
  2. gathering:

Engels

Uitgebreide synoniemen voor gatherings in het Engels

gatherings:

gatherings [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the gatherings
    the meetings; the gatherings; the conversations; the discussion; the symposia
  2. the gatherings
    the gatherings; the meetings

Verwante woorden van "gatherings":


gathering:

gathering [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the gathering
    the consultation; the conference; the meeting; the gathering; the talks; the seminar
  2. the gathering
    the meeting; the conference; the assembly; the gathering; the symposium; the congress
  3. the gathering
    the accumulation; the collection; the gathering; the clutter; the compilation; the pile; the pack; the sorting; the sifting; the piling up
  4. the gathering
    the collection; the gathering
  5. the gathering
    the assembly; the gathering
  6. the gathering
    the crowd; the accumulation; the bunch; the assembling; the set; the gathering; the gang; the collection; the clutter; the party
    • crowd [the ~] zelfstandig naamwoord
    • accumulation [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bunch [the ~] zelfstandig naamwoord
    • assembling [the ~] zelfstandig naamwoord
    • set [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gathering [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gang [the ~] zelfstandig naamwoord
    • collection [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clutter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • party [the ~] zelfstandig naamwoord
  7. the gathering
    the gathering
  8. the gathering
    the gathering; the group; the crowd
    • gathering [the ~] zelfstandig naamwoord
    • group [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crowd [the ~] zelfstandig naamwoord
  9. the gathering
    – the act of gathering something 1
    the gather; the gathering
    – the act of gathering something 1
    • gather [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gathering [the ~] zelfstandig naamwoord
  10. the gathering
    – the social act of assembling 1
    the assembly; the gathering; the assemblage
    – the social act of assembling 1
    • assembly [the ~] zelfstandig naamwoord
      • they demanded the right of assembly1
    • gathering [the ~] zelfstandig naamwoord
    • assemblage [the ~] zelfstandig naamwoord
  11. the gathering
    – sewing consisting of small folds or puckers made by pulling tight a thread in a line of stitching 1
    the gather; the gathering
    – sewing consisting of small folds or puckers made by pulling tight a thread in a line of stitching 1
    • gather [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gathering [the ~] zelfstandig naamwoord
  12. the gathering
    – a group of persons together in one place 1
    the gathering; the assemblage
    – a group of persons together in one place 1

Verwante woorden van "gathering":


Alternatieve synoniemen voor "gathering":


Antoniemen van "gathering":


Verwante definities voor "gathering":

  1. the act of gathering something1
  2. the social act of assembling1
  3. sewing consisting of small folds or puckers made by pulling tight a thread in a line of stitching1
  4. a group of persons together in one place1







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0675 seconde
Page rendered in 1.0 seconds