Engels

Uitgebreide synoniemen voor greenhorn in het Engels

greenhorn:

greenhorn [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the greenhorn
    the novice; the rookie; the greenhorn
    • novice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rookie [the ~] zelfstandig naamwoord
    • greenhorn [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the greenhorn
    the novice; the greenhorn
    • novice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • greenhorn [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the greenhorn
    the coward; the rookie; the chicken; the freshman; the greenhorn; the poltroon; the novice; the dogs and cats; the hare's foot
  4. the greenhorn
    the newcomer; the novice; the freshman; the rookie; the beginner; the greenhorn; the fresh man
    • newcomer [the ~] zelfstandig naamwoord
    • novice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • freshman [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rookie [the ~] zelfstandig naamwoord
    • beginner [the ~] zelfstandig naamwoord
    • greenhorn [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fresh man [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. the greenhorn
    – an awkward and inexperienced youth 1
    the cub; the rookie; the greenhorn
    – an awkward and inexperienced youth 1
    • cub [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rookie [the ~] zelfstandig naamwoord
    • greenhorn [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "greenhorn":

  • greenhorns

Alternatieve synoniemen voor "greenhorn":


Verwante definities voor "greenhorn":

  1. an awkward and inexperienced youth1