Overzicht
Engels Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. impost:


Engels

Uitgebreide synoniemen voor impost in het Engels

impost:

impost [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the impost
    – the lowest stone in an arch -- from which it springs 1
    the impost; the springer
    – the lowest stone in an arch -- from which it springs 1
    • impost [the ~] zelfstandig naamwoord
    • springer [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the impost
    – money collected under a tariff 1
    the custom; the customs; the customs duty; the impost
    – money collected under a tariff 1
    • custom [the ~] zelfstandig naamwoord
    • customs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • customs duty [the ~] zelfstandig naamwoord
    • impost [the ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "impost":


Verwante definities voor "impost":

  1. the lowest stone in an arch -- from which it springs1
  2. money collected under a tariff1