Engels

Uitgebreide synoniemen voor snooty in het Engels

snooty:

snooty bijvoeglijk naamwoord

  1. snooty
    snooty; affected; affectedly
  2. snooty
    – (used colloquially) overly conceited or arrogant 1
    snooty; stuck-up; snotty; too big for one's breeches; persnickety; uppish; snot-nosed; bigheaded
    – (used colloquially) overly conceited or arrogant 1
    • snooty bijvoeglijk naamwoord
    • stuck-up bijvoeglijk naamwoord
      • they're snobs--stuck-up and uppity and persnickety1
    • snotty bijvoeglijk naamwoord
      • a snotty little scion of a degenerate family1
    • too big for one's breeches bijvoeglijk naamwoord
    • persnickety bijvoeglijk naamwoord
      • they're snobs--stuck-up and uppity and persnickety1
    • uppish bijvoeglijk naamwoord
    • snot-nosed bijvoeglijk naamwoord
    • bigheaded bijvoeglijk naamwoord

Verwante woorden van "snooty":

  • snootiness, snootier, snootiest

Alternatieve synoniemen voor "snooty":


Verwante definities voor "snooty":

  1. (used colloquially) overly conceited or arrogant1