Overzicht
Engels Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. traveller:


Engels

Uitgebreide synoniemen voor traveller in het Engels

traveller:

traveller [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits

  1. the traveller
    – a person who changes location 1
    the traveller; the traveler
    – a person who changes location 1
    • traveller [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • traveler [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
    the passenger
    – a traveler riding in a vehicle (a boat or bus or car or plane or train etc) who is not operating it 1
    the occupant
    • occupant [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the traveller
    – a person who changes location 1
    the traveller; the traveler
    – a person who changes location 1
    • traveller [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • traveler [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
  3. the traveller
    the traveller

traveller Brits

  1. traveller
    traveller; traveler

Alternatieve synoniemen voor "traveller":


Verwante definities voor "traveller":

  1. a person who changes location1

Verwante synoniemen voor traveller