Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. exuberant:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor exuberant (Engels) in het Nederlands

exuberant:

exuberant bijvoeglijk naamwoord

  1. exuberant (effusive; ebullient)
    uitbundig; uitgelaten

Vertaal Matrix voor exuberant:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uitbundig ebullient; effusive; exuberant
uitgelaten ebullient; effusive; exuberant amusing; animated; attentive; bright; buoyant; cheerful; clear; colorful; colourful; dependable; eager; eagre; enchanted; enthusiastic; festive; funny; gay; happy; jolly; joyful; joyous; merry; mystified; neat; passionate; pleasant; reliable; safe; spell bound; sunny; tidy; trusted; trustworthy; under enchantment; vibrant
- ebullient; excessive; extravagant; high-spirited; lush; luxuriant; overweening; profuse; riotous

Verwante woorden van "exuberant":

  • exuberantly

Synoniemen voor "exuberant":


Verwante definities voor "exuberant":

  1. produced or growing in extreme abundance1
  2. unrestrained, especially with regard to feelings1
    • exuberant compliments1
  3. joyously unrestrained1

Wiktionary: exuberant

exuberant
adjective
  1. abundant, luxuriant, profuse, superabundant
  2. people very high-spirited

Cross Translation:
FromToVia
exuberant exuberant; beweeglijk quirlig — von lebhafter, unruhiger Aktivität bestimmt
exuberant lustig; monter; vrolijk gai — Qui a de la gaité.
exuberant blij; verblijd; verheugd; blijgeestig; joviaal; lustig; monter; vrolijk joyeux — Qui a de la joie, qui remplir de joie.

Verwante vertalingen van exuberant