Spaans

Uitgebreide synoniemen voor fantasmas in het Spaans

fantasmas:

fantasmas [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la fantasmas
    el espíritus; la fantasmas
  2. la fantasmas
    la sombras; el espíritus; la fantasmas

Verwante woorden van "fantasmas":


fantasmas vorm van fantasma:

fantasma [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el fantasma
    el fantasma
  2. el fantasma
    el fantasma; el duende; la visión; la aparición; la comparecencia; el espectro; el espantajo
  3. el fantasma
    la ilusión; la fantasía; la quimera; el fantasma; el espectro
  4. el fantasma
    la alucinación; la ilusión; el fantasma; la quimera; el delirio; la imaginación; la fantasía; la imagen engañosa
  5. el fantasma
    la ilusión; el delirio; el fantasma; la creencia; la imaginación; la ilusiones; la fantasía; la alucinación; la imagen engañosa
  6. el fantasma
    el tamaño; la sombra; la estatura; la visión; el forma; la aparición; el fantasma; la impresión; la figura; la silueta
    • tamaño [el ~] zelfstandig naamwoord
    • sombra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • estatura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • visión [la ~] zelfstandig naamwoord
    • forma [el ~] zelfstandig naamwoord
    • aparición [la ~] zelfstandig naamwoord
    • fantasma [el ~] zelfstandig naamwoord
    • impresión [la ~] zelfstandig naamwoord
    • figura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • silueta [la ~] zelfstandig naamwoord
  7. el fantasma
    la pesadilla; el espectro; el fantasma
  8. el fantasma
    la ilusión; el fantasma; la imaginación; el espectro; la figura fantasmal
  9. el fantasma
    el fantasma; la sombra andante

Verwante woorden van "fantasma":


Alternatieve synoniemen voor "fantasma":


Verwante synoniemen voor fantasmas