Spaans

Uitgebreide synoniemen voor gerentes in het Spaans

gerentes:

gerentes [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el gerentes
    el lideres; el jefes; la cabezas; el líderes; el gerentes; el directores; el comandantes; el mentores; la inteligencias
  2. el gerentes
    el empresarios; el patrono; el jefes; la cabezas; el gerentes; el directores; el mentores
  3. el gerentes
    el gerentes

Verwante woorden van "gerentes":


gerentes vorm van gerente:

gerente [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el gerente
    el gerente
    • gerente [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. el gerente
    el jefe; el patrón; el gerente; el maestro; el director; el patrono; la directora; el mentor
    • jefe [el ~] zelfstandig naamwoord
    • patrón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • gerente [el ~] zelfstandig naamwoord
    • maestro [el ~] zelfstandig naamwoord
    • director [el ~] zelfstandig naamwoord
    • patrono [el ~] zelfstandig naamwoord
    • directora [la ~] zelfstandig naamwoord
    • mentor [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. el gerente
    el director; el gerente
    • director [el ~] zelfstandig naamwoord
    • gerente [el ~] zelfstandig naamwoord
  4. el gerente
    el capitán; el comandante; la cabezada; el jefe; el presidente; la cabecera; la jefa; el gerente; el director; el administrador; el mentor
  5. el gerente
    el gerente; el encargado
  6. el gerente
    el jefe de departamento; el administrador; el apoderado; el gerente; el director
  7. el gerente
    el gobernador; el regente; el gerente; el jefe; el administrador; el virrey; el encargado; el director; el soberano; el apoderado; la gobernante; la soberana
  8. el gerente
    el administrador; el encargado; el gerente; el albacea
  9. el gerente
    el político; el administrador; el gerente; el director; el dirigente; el hombre de estado
  10. el gerente
    el encargado; el gerente; el síndico

Verwante woorden van "gerente":


Alternatieve synoniemen voor "gerente":