Spaans

Uitgebreide synoniemen voor individual in het Spaans

individual:

individual bijvoeglijk naamwoord

  1. individual
    individual
  2. individual
    individual; de una persona
  3. individual
    separado; aparte; soltero; desmarcado; independiente; por separado; solo; partido; diferente; a granel; individual; mono; singular; repartido; distribuído; disipado; desunido; sin parecido
  4. individual
    separado; aparte; aislado; suelto; independiente; desmarcado; individual
  5. individual
    solo; separado; individual

individual [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el individual
    la estera; el salvamanteles; el choapino; el individual; la esterilla; el posavasos; el mantelito; el mantel individual
  2. el individual
    el tipo; el personaje; el tío; la figura; el individual
    • tipo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • personaje [el ~] zelfstandig naamwoord
    • tío [el ~] zelfstandig naamwoord
    • figura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • individual [el ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "individual":

  • individuales

Alternatieve synoniemen voor "individual":


Verwante synoniemen voor individual