Home ->Woordenboeken ->Spaans/Frans ->Vertaal jaca

Vertaal jaca van Spaans naar Frans

Overzicht

Spaans naar Frans: Meer gegevens...

jaca:
- collision; accrochage; heurt
Wiktionary:
- jaca → jacque, jaque

Spaans

Uitgebreide vertaling voor jaca (Spaans) in het Frans

jaca:

jaca [la ~] zelfstandig naamwoord

la jaca (colisión; choque; atropello; hit)
la collision; l'accrochage; l'heurt
- collision [la ~] zelfstandig naamwoord
- accrochage [le ~] zelfstandig naamwoord
- heurt [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jaca:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
accrochage	atropello; choque; colisión; hit; jaca	bronca; choque; colisión; conflicto; desacuerdo; disputa; enfrentamiento; enganchar; enganche; escaramuza; pelea
collision	atropello; choque; colisión; hit; jaca	bronca; choque; colisión; conflicto; desacuerdo; enfrentamiento; pelea
heurt	atropello; choque; colisión; hit; jaca	agarrada; batalla; bofetada; bronca; cachetada; cachete; campo; campo de concentración; caos; choque; combate; conflicto; desacuerdo; desorden; desorientación; dédalo; empujoncito; empujón; enfrentamiento; enredo; estremecer; fricción; golpe; laberinto; lucha; manotada; manotazo; parcela; parcelación; pelea; puñetazo; sopapo; temblar; tortazo; trepidar

Verwante woorden van "jaca":

jacas

Synoniemen voor "jaca":

jaco
montura; cabalgadura; caballería; caballo; yegua; asno; mula; bestia; cuadrúpedo; mulo; potro; rocinante; trotón; corcel; jamelgo; penco; rocín; matalón; bayo; ruano; percherón; petiso
potranca

Wiktionary: jaca

jaca

noun

fruit du jacquier (ou jaquier).
- jacque → jaca; yaca
(botanique) fruit du jaquier.
- jaque → jaca; yaca; panapén