Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal borboteo

Vertaal borboteo van Spaans naar Nederlands

Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. borboteo:
  2. borbotear:
  3. Wiktionary:

Spaans

Uitgebreide vertaling voor borboteo (Spaans) in het Nederlands

borboteo:

borboteo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el borboteo (burbujeo; tapeo)
    bruisen; gebubbel; borrelen; het geborrel

Vertaal Matrix voor borboteo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrelen borboteo; burbujeo; tapeo hora del aperitivo
bruisen borboteo; burbujeo; tapeo
geborrel borboteo; burbujeo; tapeo borbotar; burbujear; hora del aperitivo
gebubbel borboteo; burbujeo; tapeo
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrelen beber con exceso; beber mucho; brotar; emborracharse; empinar el codo; ir de copas; tomar un aperitivo; tomar una copa

Synoniemen voor "borboteo":


borbotear:

borbotear werkwoord

  1. borbotear (borbollar; bullir)
    opwellen; opborrelen
    • opwellen werkwoord (wel op, welt op, welde op, welden op, opgeweld)
    • opborrelen werkwoord (borrel op, borrelt op, borrelde op, borrelden op, opgeborreld)
  2. borbotear (reprobar; regañar; rugir; )
    sakkeren
    • sakkeren werkwoord (sakker, sakkert, sakkerde, sakkerden, gesakkerd)
  3. borbotear (guisar; brotar; zumbar; )
    op vuur pruttelen; smoren; sudderen; pruttelen; stoffen
    • op vuur pruttelen werkwoord
    • smoren werkwoord (smoor, smoort, smoorde, smoorden, gesmoord)
    • sudderen werkwoord (sudder, suddert, sudderde, sudderden, gesudderd)
    • pruttelen werkwoord (pruttel, pruttelt, pruttelde, pruttelden, geprutteld)
    • stoffen werkwoord (stof, stoft, stofte, stoften, gestoft)

Conjugations for borbotear:

presente
  1. borboteo
  2. borboteas
  3. borbotea
  4. borboteamos
  5. borboteáis
  6. borbotean
imperfecto
  1. borboteaba
  2. borboteabas
  3. borboteaba
  4. borboteábamos
  5. borboteabais
  6. borboteaban
indefinido
  1. borboteé
  2. borboteaste
  3. borboteó
  4. borboteamos
  5. borboteasteis
  6. borbotearon
fut. de ind.
  1. borbotearé
  2. borbotearás
  3. borboteará
  4. borbotearemos
  5. borbotearéis
  6. borbotearán
condic.
  1. borbotearía
  2. borbotearías
  3. borbotearía
  4. borbotearíamos
  5. borbotearíais
  6. borbotearían
pres. de subj.
  1. que borbotee
  2. que borbotees
  3. que borbotee
  4. que borboteemos
  5. que borboteéis
  6. que borboteen
imp. de subj.
  1. que borboteara
  2. que borbotearas
  3. que borboteara
  4. que borboteáramos
  5. que borbotearais
  6. que borbotearan
miscelánea
  1. ¡borbotea!
  2. ¡borbotead!
  3. ¡no borbotees!
  4. ¡no borboteéis!
  5. borboteado
  6. borboteando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor borbotear:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opwellen brote
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
op vuur pruttelen balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar
opborrelen borbollar; borbotear; bullir
opwellen borbollar; borbotear; bullir manar; surgir
pruttelen balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar gruñir; refunfuñar por una cosa
sakkeren borbotear; burbujear; estar a la sombra; estar en chirona; gruñir; hacer ruidos; refunfuñar; regañar; reprobar; retumbar; rezongar; rugir; zumbar
smoren balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar ahogar; apagar; apagarse; asfixiar; estofar; extinguir; extinguirse; guisar; sofocar
stoffen balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar desempolvar; despolvar; despolvorear; quitar el polvo de
sudderen balar; borbotear; brotar; dar balidos; estofar; gruñir; guisar; zumbar

Synoniemen voor "borbotear":


Wiktionary: borbotear

borbotear
verb
  1. het naar boven komen van gasbellen door een vloeistof







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0249 seconde
Page rendered in 1.0 seconds