Home ->Woordenboeken ->Spaans/Zweeds ->Vertaal achaque

Vertaal achaque van Spaans naar Zweeds

Overzicht

Spaans naar Zweeds: Meer gegevens...

achaque:
- sjukdom; besvär; krämpa; brist; åkomma; last
Wiktionary:
- achaque → menstruation, åkomma, besvär, skröplighet

Spaans

Uitgebreide vertaling voor achaque (Spaans) in het Zweeds

achaque:

achaque [el ~] zelfstandig naamwoord

el achaque (dolencia; enfermedad; molestia; incomodidad; mal)
sjukdom; besvär; krämpa
- sjukdom [-en] zelfstandig naamwoord
- besvär [-ett] zelfstandig naamwoord
- krämpa [-en] zelfstandig naamwoord
el achaque (enfermedad; alifafe)
brist; åkomma; last; krämpa
- brist [-en] zelfstandig naamwoord
- åkomma [-en] zelfstandig naamwoord
- last [-en] zelfstandig naamwoord
- krämpa [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor achaque:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
besvär	achaque; dolencia; enfermedad; incomodidad; mal; molestia	aflicción; ajetreo; bromista; calamidad; daño; desgracia; disgusto; dolor; duelo; embrollo; estorbo; fastidio; incomodidad; irritación; jaleo; latoso; miseria; molestia; molestias; pena; persona maliciosa; pesada; pesado; pesadumbre; pesar; trapisonda; tristeza
brist	achaque; alifafe; enfermedad	ausencia; carencia; defecto; deficiencia; déficit; escasez; existencias agotadas; fallo; falta; falta de peso; frugalidad; imperfección; insuficiencia; necesidad; parquedad; penuria; pobreza; privación
krämpa	achaque; alifafe; dolencia; enfermedad; incomodidad; mal; molestia	afección
last	achaque; alifafe; enfermedad	calce; calzo; camionada; carga; carga sentimental; cargamento; cargas; cargo; chaveta; cuña; embarque; estiba; flete; gravamen; imputación; lastre; mercancía; mercancías; peso; porte
sjukdom	achaque; dolencia; enfermedad; incomodidad; mal; molestia	afección; dolencia; enfermedad; mareo; náuseas
åkomma	achaque; alifafe; enfermedad
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
krämpa		tener convulsiones

Synoniemen voor "achaque":

dolencia; indisposición; gotera; enfermedad; mal; afección; arrechucho; excusa; pretexto; disculpa
lacra; deficiencia; defecto; vicio; inconveniencia; daño; perjuicio; quebranto

Wiktionary: achaque

Cross Translation:

From	To	Via
• achaque	→ menstruation	↔ menstruation — periodic discharging of the menses
• achaque	→ åkomma; besvär; skröplighet	↔ Gebrechen — gehoben: andauernde (körperliche, gesundheitliche) Beeinträchtigung