Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. aftelling:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aftelling (Nederlands) in het Duits

aftelling:

aftelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de aftelling (aftelling voor lancering; aftellen)
    abzählen; abpassen

Vertaal Matrix voor aftelling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abpassen aftellen; aftelling; aftelling voor lancering
abzählen aftellen; aftelling; aftelling voor lancering
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abpassen afpassen; aftellen; geld afpassen; opwachten; passen
abzählen aftellen; geld afpassen; passen; tellen

Wiktionary: aftelling


Cross Translation:
FromToVia
aftelling Countdown countdown — a count backward to the time of some event
aftelling Zeitkontrolle countdown — the acts of preparation carried out during this period

Verwante vertalingen van aftelling