Nederlands
Uitgebreide vertaling voor leeg (Nederlands) in het Duits
leeg:
-
leeg (ledig; onbezet)
-
leeg (inhoudsloos)
inhaltslos; unausgefüllt; blanko; leer; geistlos; hohl-
inhaltslos bijvoeglijk naamwoord
-
unausgefüllt bijvoeglijk naamwoord
-
blanko bijvoeglijk naamwoord
-
leer bijvoeglijk naamwoord
-
geistlos bijvoeglijk naamwoord
-
hohl bijvoeglijk naamwoord
-
-
leeg (ongevuld; ijdel; loos)
-
leeg (zonder inhoud)
-
leeg (wezenloos; uitdrukkingsloos)
-
leeg (nietszeggend; hol; inhoudsloos)
hohl; leer; inhaltslos; nichtssagend-
hohl bijvoeglijk naamwoord
-
leer bijvoeglijk naamwoord
-
inhaltslos bijvoeglijk naamwoord
-
nichtssagend bijvoeglijk naamwoord
-
-
leeg (uitdrukkingsloos; wazig; nietszeggend; glazig; wezenloos)
leer; glasig; unwesentlich; ausdruckslos; nichtssagend-
leer bijvoeglijk naamwoord
-
glasig bijvoeglijk naamwoord
-
unwesentlich bijvoeglijk naamwoord
-
ausdruckslos bijvoeglijk naamwoord
-
nichtssagend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor leeg:
Verwante woorden van "leeg":
Synoniemen voor "leeg":
Antoniemen van "leeg":
Verwante definities voor "leeg":
Wiktionary: leeg
leeg
Cross Translation:
adjective
-
zonder inhoud
- leeg → leer
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• leeg | → rein | ↔ clean — pure, especially morally or religiously |
• leeg | → leer | ↔ empty — devoid of content |
• leeg | → frei; vakant | ↔ vacant — not occupied |
• leeg | → leer; unvermögend | ↔ vide — Qui ne contenir rien ; qui est totalement dépourvoir de. |