Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. openingsplechtigheid:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor openingsplechtigheid (Nederlands) in het Duits

openingsplechtigheid:

openingsplechtigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de openingsplechtigheid (start)
    Anstimmen; die Einweihungszeremonie; Anfangen

Vertaal Matrix voor openingsplechtigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anfangen openingsplechtigheid; start aanbreken van de dag; aanheffen; aanvang; aanvangen; begin; beginnen; effectief worden; ingaan; inzet; inzetten; opening; start; van kracht worden
Anstimmen openingsplechtigheid; start aanheffen; inzetten
Einweihungszeremonie openingsplechtigheid; start

Verwante woorden van "openingsplechtigheid":

  • openingsplechtigheden