Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. allitereren:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor allitereren (Nederlands) in het Spaans

allitereren:

allitereren werkwoord (allitereer, allitereert, allitereerde, allitereerden, geallitereerd)

  1. allitereren
    aliterar

Conjugations for allitereren:

o.t.t.
  1. allitereer
  2. allitereert
  3. allitereert
  4. allitereren
  5. allitereren
  6. allitereren
o.v.t.
  1. allitereerde
  2. allitereerde
  3. allitereerde
  4. allitereerden
  5. allitereerden
  6. allitereerden
v.t.t.
  1. heb geallitereerd
  2. hebt geallitereerd
  3. heeft geallitereerd
  4. hebben geallitereerd
  5. hebben geallitereerd
  6. hebben geallitereerd
v.v.t.
  1. had geallitereerd
  2. had geallitereerd
  3. had geallitereerd
  4. hadden geallitereerd
  5. hadden geallitereerd
  6. hadden geallitereerd
o.t.t.t.
  1. zal allitereren
  2. zult allitereren
  3. zal allitereren
  4. zullen allitereren
  5. zullen allitereren
  6. zullen allitereren
o.v.t.t.
  1. zou allitereren
  2. zou allitereren
  3. zou allitereren
  4. zouden allitereren
  5. zouden allitereren
  6. zouden allitereren
diversen
  1. allitereer!
  2. allitereert!
  3. geallitereerd
  4. allitererende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

allitereren [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. allitereren
    la aliteración

Vertaal Matrix voor allitereren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aliteración allitereren alliteratie; stafrijm
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aliterar allitereren

Computer vertaling door derden: