Nederlands

Uitgebreide vertaling voor deeltje (Nederlands) in het Spaans

deeltje:

deeltje [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de deeltje (onderdeeltje)
    el repuesto; la parte
    • repuesto [el ~] zelfstandig naamwoord
    • parte [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor deeltje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
parte deeltje; onderdeeltje aandeel; afdeling; band; boekdeel; brokje; deel; departement; detachement; dosis; fractie; gedeelte; geluidsniveau; groot en dik stuk; homp; kleine brok; ledemaat; lichaamsdeel; lidmaat; part; portie; sectie; segment; stuk; tak; volume
repuesto deeltje; onderdeeltje

Verwante woorden van "deeltje":


Wiktionary: deeltje


Cross Translation:
FromToVia
deeltje cuerpo body — any physical object or material thing
deeltje partícula particle — body with very small size
deeltje partícula particle — elementary particle or subatomic particle

deeltje vorm van deel:

deel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het deel (basisbestanddeel; onderdeel; component; )
    el elemento básico; el componente fundamental
  2. het deel (gedeelte; stuk; part; fractie)
    la parte; la pieza; la sección; la ración; la fracción; la porción; el quebrado; la ruptura; la estatura; el fragmento; la fractura; la quebradura; el lote; la rotura
    • parte [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pieza [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sección [la ~] zelfstandig naamwoord
    • ración [la ~] zelfstandig naamwoord
    • fracción [la ~] zelfstandig naamwoord
    • porción [la ~] zelfstandig naamwoord
    • quebrado [el ~] zelfstandig naamwoord
    • ruptura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • estatura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • fragmento [el ~] zelfstandig naamwoord
    • fractura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • quebradura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • lote [el ~] zelfstandig naamwoord
    • rotura [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. het deel (part; aandeel)
    la pieza; el trozo; la parte; la ración; la porción; el pedazo
    • pieza [la ~] zelfstandig naamwoord
    • trozo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • parte [la ~] zelfstandig naamwoord
    • ración [la ~] zelfstandig naamwoord
    • porción [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pedazo [el ~] zelfstandig naamwoord
  4. het deel (wat iemand erft; erfenis; erfdeel)
    la herencia; el bienes hereditarios; la pieza hereditaria
  5. het deel (boekdeel; band; volume)
    la parte; el neumático; la cinta; la banda; el tamaño; la edición; la baranda; el lazo; el tomo; el volumen del sonido; la intensidad del sonido; la era; la barra; el vínculo; la tabla; la tira; la tirada; el volumen; el empuje; la porción; la raya; la presión; el borde; la franja; el tablón; la compresión; la coacción; la encuadernación; la intensidad sonora
  6. het deel (dorsvloer)
    la era
    • era [la ~] zelfstandig naamwoord

deel

  1. deel
    el mosaico
    • mosaico [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor deel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
banda band; boekdeel; deel; volume aantal personen bijeen; band; beestenboel; bende; bies; blaaskapel; broekband; clan; drom; fanfare; fanfarekorps; geluidsniveau; gezelschap; gezichtsmasker; gordelriem; groep; groep jongeren; groep van twee of meer; haarband; haarlint; harmonie; horde; kapel; koppel; koppelriem; kudde; lint; massa; muziekkorps; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; schaar; schare; sjerp; soepzootje; span; stel; strook; tamboerkorps; troep; volant; volksmenigte; volume; zooi; zootje
baranda band; boekdeel; deel; volume afschutting; balkon; balkonhek; balustrade; borstwering; geluidsniveau; handsteun; kuip; leuning; railing; tobbe; volume; waskuip
barra band; boekdeel; deel; volume balk; balkonhek; balustrade; bar; buffet; chocolade; chocoladereep; drankbuffet; gelid; geluidsniveau; kuip; reep; rij; spijl; spon; staaf; stijl; tap; tapkast; tobbe; toog; tralie; uitspanning; volume; waskuip; zitstang; zitstok; zitstok om te wandelen
bienes hereditarios deel; erfdeel; erfenis; wat iemand erft boedel; erfboedel; erfenis; erfgoed; erfstuk; legaat; nalatenschap
borde band; boekdeel; deel; volume boord; boordsel; flank; galon; geluidsniveau; gootlijst; haarband; haarlint; halskraag; kader; kant; koers; kraag; kranslijst; lijst; lint; omranding; omtrek; omzoming; oplegsel; passement; rand; randje; route; schilderijlijst; vleugel van een gebouw; volume; vorm; wal; waterkant; zij; zijde; zijde van een schip; zijkant; zoom
cinta band; boekdeel; deel; volume afzetlint; band; bandje; cassette; cassettebandje; geluidsniveau; haarband; haarlint; hoofdband; lint; politielint; volume
coacción band; boekdeel; deel; volume dwingelandij; geluidsniveau; volume
componente fundamental basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk
compresión band; boekdeel; deel; volume compressie; druk; dwang; gegevenscompressie; geluidsniveau; oplage; persing; pressie; samenpersing; uitgave; volume
edición band; boekdeel; deel; volume aflevering; besteding; bewerking; druk; editie; geluidsniveau; openbare publicatie; oplage; publicatie; publikatie; uitgave; uitgifte; volume
elemento básico basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk basiselement; basismateriaal
empuje band; boekdeel; deel; volume aandrift; daadkracht; doortastendheid; dynamiek; elasticiteit; energie; esprit; fut; geluidsniveau; gevoel; instinct; intuïtie; katoen; katoenstof; kracht; momentum; ondernemingslust; pit; puf; stuwkracht; vliegreis; vliegtocht; vlucht; volume; voortstuwing; vruchtenpit; werklust
encuadernación band; boekdeel; deel; volume boekband; boekomslag; geluidsniveau; kaft; omslag; volume
era band; boekdeel; deel; dorsvloer; volume eeuw; geluidsniveau; honderd jaar; lange tijd; volume
estatura deel; fractie; gedeelte; part; stuk bouwsel; bouwwerk; figuur; gebouw; gedaante; gestalte; groot en dik stuk; homp; hoogte; lichaamslengte; lichaamspostuur; pand; postuur; schim; vorm
fracción deel; fractie; gedeelte; part; stuk afdeling; barst; breuk; breukgetal; departement; detachement; interruptie; krak; machtsblok; onderbreking; scheur; sectie; tak; verbreking
fractura deel; fractie; gedeelte; part; stuk braak; breuk; fractuur; inbraak; knak; knik; kraak
fragmento deel; fractie; gedeelte; part; stuk brokje; brokstuk; diggel; fragment; groot en dik stuk; homp; kleine brok; scherf; splinter; wrakstuk
franja band; boekdeel; deel; volume bies; geluidsniveau; haarband; haarlint; lint; strook; verkeersstrook; volant; volume
herencia deel; erfdeel; erfenis; wat iemand erft boedel; erfboedel; erfenis; erfgoed; erfstuk; legaat; nalatenschap; overerving; overname
intensidad del sonido band; boekdeel; deel; volume geluidsniveau; geluidssterkte; geluidsvolume; toonsterkte; volume
intensidad sonora band; boekdeel; deel; volume geluidsniveau; geluidssterkte; geluidsvolume; toonsterkte; volume
lazo band; boekdeel; deel; volume draai; geluidsniveau; haarband; haarlint; kink; knoop; kronkel; lint; lus; lusvormige kromming; ophanglus; volume; werpkoord
lote deel; fractie; gedeelte; part; stuk batch; bouwwerk; gebouw; hoeveelheid; pand; partij
mosaico deel inlegwerk; mozaïek
neumático band; boekdeel; deel; volume autoband; geluidsniveau; haarband; haarlint; lint; luchtband; volume
parte aandeel; band; boekdeel; deel; fractie; gedeelte; part; stuk; volume aandeel; afdeling; brokje; deeltje; departement; detachement; dosis; geluidsniveau; groot en dik stuk; homp; kleine brok; ledemaat; lichaamsdeel; lidmaat; onderdeeltje; part; portie; sectie; segment; tak; volume
pedazo aandeel; deel; part buil; bult; diggel; groot en dik stuk; homp; klont; klonter; kneuswond; kneuzing; letsel; mondvol; schar; scherf; splinter
pieza aandeel; deel; fractie; gedeelte; part; stuk afdeling; brokje; damschijf; departement; detachement; groot en dik stuk; homp; kleine brok; ledemaat; lichaamsdeel; lidmaat; sectie; speelstuk; tak
pieza hereditaria deel; erfdeel; erfenis; wat iemand erft erfstuk
porción aandeel; band; boekdeel; deel; fractie; gedeelte; part; stuk; volume aandeel; afdeling; departement; detachement; dosis; geluidsniveau; part; portie; sectie; segment; tak; volume
presión band; boekdeel; deel; volume bloeddruk; druk; drukking; dwang; geluidsniveau; oplage; pressie; tensie; uitgave; volume
quebrado deel; fractie; gedeelte; part; stuk gefailleerde
quebradura deel; fractie; gedeelte; part; stuk barst; breuk; inkeping; inkerving; keep; kerf; knak; knik; krak; scheur
ración aandeel; deel; fractie; gedeelte; part; stuk aandeel; part; portie
raya band; boekdeel; deel; volume afscheiding; beschot; chocolade; chocoladereep; gelid; geluidsniveau; gezichtsrimpel; haal; haarband; haarlint; hek; hekwerk; kras; lijn; linie; lint; pennekras; reep; rij; rimpel; rog; schot; streep; tussenmuur; tussenmuurtje; tussenschot; volume
rotura deel; fractie; gedeelte; part; stuk barst; breuk; fractuur; interruptie; knak; knik; krak; onderbreking; openscheuring; scheur; verbreking
ruptura deel; fractie; gedeelte; part; stuk barst; breken; breuk; dijkbreuk; doorbraak; doorbreken; doorbreking; interruptie; krak; onderbreking; openscheuring; ruptuur; scheur; scheuring; verbreking
sección deel; fractie; gedeelte; part; stuk afdeling; autopsie; deelsoort; departement; detachement; divisie; doorsnede; echelon; gebiedsdeel; geleding; laag; lijkschouwing; presentatiesectie; rayon; rayon van een bedrijf; rijksdeel; sectie; segment; snijding; snijvlak; tak
tabla band; boekdeel; deel; volume absolute meevaller; droogrek; geluidsniveau; grendels; hoofdboek; klapper; latwerk; legbord; lijst; raster; rastering; rasterwerk; rek; rooster; stellage; stelling; tabel; tafel; topper; volume
tablón band; boekdeel; deel; volume duikplank; geluidsniveau; volume
tamaño band; boekdeel; deel; volume aanzien; afmeting; capaciteit; dimensie; exterieur; formaat; gedaante; geluidsniveau; grootte; inhoudsruimte; maat; mate; omvang; schim; volume
tira band; boekdeel; deel; volume banderol; gelid; geluidsniveau; haarband; haarlint; lint; rij; strook; volume
tirada band; boekdeel; deel; volume geluidsniveau; volume
tomo band; boekdeel; deel; volume band; boek; geluidsniveau; volume
trozo aandeel; deel; part brok; brokje; groot en dik stuk; homp; kleine brok; klont; mik; mondvol; suikerklontje
volumen band; boekdeel; deel; volume afmeting; capaciteit; dimensie; formaat; geluidsniveau; grootte; grootte in de ruimte; inhoud; inhoudsruimte; maat; mate; omvang; toonsterkte; volume
volumen del sonido band; boekdeel; deel; volume geluidsniveau; geluidssterkte; geluidsvolume; toonsterkte; volume
vínculo band; boekdeel; deel; volume OLE/DDE-koppeling; geluidsniveau; hyperlink; koppeling; link; volume
- element; gedeelte; part; stuk
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
borde rand
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
neumático pneumatisch
quebrado aan gruzelementen; aan scherven; aan stukken; gebroken; geruineerd; kapot; naar de knoppen; stuk

Verwante woorden van "deel":


Synoniemen voor "deel":


Antoniemen van "deel":


Verwante definities voor "deel":

  1. wat kleiner is dan het totaal1
    • je krijgt ook een deel van de winst1

Wiktionary: deel

deel
noun
  1. een afsplitsing van een geheel

Cross Translation:
FromToVia
deel cuerpo body — any physical object or material thing
deel parte; porción; pedazo; trozo part — fraction of a whole (jump)
deel parte partition — part of something that had been divided
deel pieza; pedazo piece — part of a larger whole
deel porción; ración portion — allocated amount
deel participación share — portion of something
deel parte Teiloft im Zusammenhang mit leblosen Gegenständen: ein Element, Stück eines Ganzen