Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. dwars oversteken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dwars oversteken (Nederlands) in het Spaans

dwars oversteken:

dwars oversteken werkwoord (steek dwars over, steekt dwars over, stak dwars over, staken dwars over, dwars overgestoken)

  1. dwars oversteken
    cruzar; atravesar

Conjugations for dwars oversteken:

o.t.t.
  1. steek dwars over
  2. steekt dwars over
  3. steekt dwars over
  4. steken dwars over
  5. steken dwars over
  6. steken dwars over
o.v.t.
  1. stak dwars over
  2. stak dwars over
  3. stak dwars over
  4. staken dwars over
  5. staken dwars over
  6. staken dwars over
v.t.t.
  1. ben dwars overgestoken
  2. bent dwars overgestoken
  3. is dwars overgestoken
  4. zijn dwars overgestoken
  5. zijn dwars overgestoken
  6. zijn dwars overgestoken
v.v.t.
  1. was dwars overgestoken
  2. was dwars overgestoken
  3. was dwars overgestoken
  4. waren dwars overgestoken
  5. waren dwars overgestoken
  6. waren dwars overgestoken
o.t.t.t.
  1. zal dwars oversteken
  2. zult dwars oversteken
  3. zal dwars oversteken
  4. zullen dwars oversteken
  5. zullen dwars oversteken
  6. zullen dwars oversteken
o.v.t.t.
  1. zou dwars oversteken
  2. zou dwars oversteken
  3. zou dwars oversteken
  4. zouden dwars oversteken
  5. zouden dwars oversteken
  6. zouden dwars oversteken
diversen
  1. steek dwars over!
  2. steekt dwars over!
  3. dwars overgestoken
  4. dwars overstekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor dwars oversteken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
atravesar overlopen; oversteken
cruzar overlopen; oversteken
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
atravesar dwars oversteken doorbreken; doorhakken; doorheen reizen; doorhouwen; doorklieven; doormidden hakken; doorvaren; in tweeën houwen; klieven; kloven; overgaan; oversteken; reizen door
cruzar dwars oversteken doorhakken; doorhouwen; doorklieven; doormidden hakken; een kruis slaan; in tweeën houwen; keperen; klieven; kloven; kruisen; opkruisen; oplaveren; overgaan; oversteken
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
atravesar overspannen; overwerkt

Verwante vertalingen van dwars oversteken