Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. jeuk:
  2. jeuken:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor jeuk (Nederlands) in het Spaans

jeuk:

jeuk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de jeuk (jeukerigheid; kriebel)
    el comezón; el prurito
    • comezón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • prurito [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jeuk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
comezón jeuk; jeukerigheid; kriebel kriebeling
prurito jeuk; jeukerigheid; kriebel

Verwante woorden van "jeuk":


Verwante definities voor "jeuk":

  1. onaangenaam kriebelend gevoel1
    • als je jeuk hebt, moet je krabben1

Wiktionary: jeuk

jeuk
noun
  1. kriebel

Cross Translation:
FromToVia
jeuk picor; escozor; picazón; comezón itch — a sensation felt on an area of the skin that causes a person or animal to want to scratch

jeuken:

jeuken werkwoord (jeuk, jeukt, jeukte, jeukten, gejeukt)

  1. jeuken

Conjugations for jeuken:

o.t.t.
  1. jeuk
  2. jeukt
  3. jeukt
  4. jeuken
  5. jeuken
  6. jeuken
o.v.t.
  1. jeukte
  2. jeukte
  3. jeukte
  4. jeukten
  5. jeukten
  6. jeukten
v.t.t.
  1. heb gejeukt
  2. hebt gejeukt
  3. heeft gejeukt
  4. hebben gejeukt
  5. hebben gejeukt
  6. hebben gejeukt
v.v.t.
  1. had gejeukt
  2. had gejeukt
  3. had gejeukt
  4. hadden gejeukt
  5. hadden gejeukt
  6. hadden gejeukt
o.t.t.t.
  1. zal jeuken
  2. zult jeuken
  3. zal jeuken
  4. zullen jeuken
  5. zullen jeuken
  6. zullen jeuken
o.v.t.t.
  1. zou jeuken
  2. zou jeuken
  3. zou jeuken
  4. zouden jeuken
  5. zouden jeuken
  6. zouden jeuken
diversen
  1. jeuk!
  2. jeukt!
  3. gejeukt
  4. jeukend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor jeuken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sentir comezón jeuken

Verwante woorden van "jeuken":


Wiktionary: jeuken


Cross Translation:
FromToVia
jeuken picar itch — to feel the need to scratch
jeuken hormiguear; picar jucken — einen unangenehmen, stechenden Reiz (meist auf der Haut) verursachen, den man durch Kratzen beseitigen möchte
jeuken picar; escocer démanger — Faire éprouver une démangeaison.