Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. tiran:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tiran (Nederlands) in het Spaans

tiran:

tiran [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tiran (overheerser; despoot)
    el tirano; el déspota
    • tirano [el ~] zelfstandig naamwoord
    • déspota [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tiran:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
déspota despoot; overheerser; tiran despoot; despote; dwingeland; dwingelande; woesteling
tirano despoot; overheerser; tiran woesteling

Verwante woorden van "tiran":


Wiktionary: tiran

tiran
noun
  1. heerser, meest bij de gratie van een schrikbewind

Cross Translation:
FromToVia
tiran tirano tyrant — absolute ruler
tiran tirano tyran — antiq|fr roi absolu, monarque, despote qui usurper la puissance souveraine.