Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. trompet:
  2. trompetten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor trompet (Nederlands) in het Spaans

trompet:

trompet [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de trompet (bazuin; piston; klaroen; blaasinstrument; toeter)
    la trompeta; la bocina; el trombón; el instrumento de viento; el cuerno; la corneta

Vertaal Matrix voor trompet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bocina bazuin; blaasinstrument; klaroen; piston; toeter; trompet claxon; scheepsroeper; signaalhoorn; toeter
corneta bazuin; blaasinstrument; klaroen; piston; toeter; trompet claxon; hoorn; hoornblazer; hoornist; jachthoorns; koperblazer; koperspeler; signaalhoorn; toeter
cuerno bazuin; blaasinstrument; klaroen; piston; toeter; trompet hoorn; jachthoorns; scheepstoeter
instrumento de viento bazuin; blaasinstrument; klaroen; piston; toeter; trompet
trombón bazuin; blaasinstrument; klaroen; piston; toeter; trompet schuiftrompet; trombone
trompeta bazuin; blaasinstrument; klaroen; piston; toeter; trompet claxon; signaalhoorn; toeter

Verwante woorden van "trompet":


Wiktionary: trompet


Cross Translation:
FromToVia
trompet trompeta trumpet — brass instrument
trompet trompeta trompette — Celui qui sonner de la trompette.

trompetten:

trompetten werkwoord (trompet, trompette, trompetten, getrompet)

  1. trompetten

Conjugations for trompetten:

o.t.t.
  1. trompet
  2. trompet
  3. trompet
  4. trompetten
  5. trompetten
  6. trompetten
o.v.t.
  1. trompette
  2. trompette
  3. trompette
  4. trompetten
  5. trompetten
  6. trompetten
v.t.t.
  1. heb getrompet
  2. hebt getrompet
  3. heeft getrompet
  4. hebben getrompet
  5. hebben getrompet
  6. hebben getrompet
v.v.t.
  1. had getrompet
  2. had getrompet
  3. had getrompet
  4. hadden getrompet
  5. hadden getrompet
  6. hadden getrompet
o.t.t.t.
  1. zal trompetten
  2. zult trompetten
  3. zal trompetten
  4. zullen trompetten
  5. zullen trompetten
  6. zullen trompetten
o.v.t.t.
  1. zou trompetten
  2. zou trompetten
  3. zou trompetten
  4. zouden trompetten
  5. zouden trompetten
  6. zouden trompetten
en verder
  1. ben getrompet
  2. bent getrompet
  3. is getrompet
  4. zijn getrompet
  5. zijn getrompet
  6. zijn getrompet
diversen
  1. trompet!
  2. trompett!
  3. getrompet
  4. trompettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor trompetten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tocar la trompeta trompetten

Verwante woorden van "trompetten":