Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. woordenschat:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor woordenschat (Nederlands) in het Spaans

woordenschat:

woordenschat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de woordenschat (vocabulaire)
    el vocabulario; el léxico

Vertaal Matrix voor woordenschat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
léxico vocabulaire; woordenschat
vocabulario vocabulaire; woordenschat idioom; taaleigen; taalschat; vocabulaire; woordenlijst

Wiktionary: woordenschat

woordenschat
noun
  1. verzameling woorden die een taal of persoon rijk is of die deel uitmaken van een bepaald jargon

Cross Translation:
FromToVia
woordenschat vocabulario Wortschatz — Menge der Wörter einer Sprache
woordenschat vocabulario vocabulary — set of words a person knows
woordenschat vocabulario; léxico vocabulary — words of a language collectively