Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. auditorium:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor auditorium (Nederlands) in het Frans

auditorium:

auditorium [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het auditorium (gehoorzaal; aula)
    l'auditorium; la salle de conférences; la salle d'audiences
  2. het auditorium (gehoorzaal; aula)
    l'auditoire; l'amphithéâtre

Vertaal Matrix voor auditorium:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
amphithéâtre auditorium; aula; gehoorzaal amfitheater; collegezaal
auditoire auditorium; aula; gehoorzaal collegezaal; gehoor; publiek
auditorium auditorium; aula; gehoorzaal
salle d'audiences auditorium; aula; gehoorzaal
salle de conférences auditorium; aula; gehoorzaal collegezaal

Verwante woorden van "auditorium":

  • auditoriums

Wiktionary: auditorium

auditorium
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. Assemblée qui écouter une personne parlant ou lire en public ou interpréter une œuvre lyrique ou instrumentale.
  3. salle spécialement aménagée pour les auditions musicales et théâtrales, et notamment pour les enregistrements, les émissions de radio et la télévision.