Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. gedistilleerd:
  2. distilleren:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gedistilleerd (Nederlands) in het Frans

gedistilleerd:

gedistilleerd bijvoeglijk naamwoord

  1. gedistilleerd (gestookt; gebrand)
    distillé

gedistilleerd [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gedistilleerd (spiritualiën; drank; alcohol; )
    la boissons alcoolisées; l'alcool; le breuvage; la boisson; le spiritueux; le boisson alcoolique; la boissons spiritueuses

Vertaal Matrix voor gedistilleerd:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alcool alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank alcohol; drank; sterke drank; wijngeest
boisson alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank drank; drinkbaar vocht
boisson alcoolique alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank drank; drinkbaar vocht; spirits
boissons alcoolisées alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank
boissons spiritueuses alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank alcohol; drank; sterke drank
breuvage alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank brouwsel; mengsel
spiritueux alcohol; alcoholica; drank; gedistilleerd; opkikkertjes; spiritualiën; sterke drank alcohol; drank; gedistilleerde drank; gestookte alcohol; sterke drank
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
distillé gebrand; gedistilleerd; gestookt
spiritueux alcoholisch; geestrijk; rijk aan alcohol; spiritueus

gedistilleerd vorm van distilleren:

distilleren werkwoord (distilleer, distilleert, distilleerde, distilleerden, gedistilleerd)

  1. distilleren (stoken)
    distiller
    • distiller werkwoord (distille, distilles, distillons, distillez, )

Conjugations for distilleren:

o.t.t.
  1. distilleer
  2. distilleert
  3. distilleert
  4. distilleren
  5. distilleren
  6. distilleren
o.v.t.
  1. distilleerde
  2. distilleerde
  3. distilleerde
  4. distilleerden
  5. distilleerden
  6. distilleerden
v.t.t.
  1. heb gedistilleerd
  2. hebt gedistilleerd
  3. heeft gedistilleerd
  4. hebben gedistilleerd
  5. hebben gedistilleerd
  6. hebben gedistilleerd
v.v.t.
  1. had gedistilleerd
  2. had gedistilleerd
  3. had gedistilleerd
  4. hadden gedistilleerd
  5. hadden gedistilleerd
  6. hadden gedistilleerd
o.t.t.t.
  1. zal distilleren
  2. zult distilleren
  3. zal distilleren
  4. zullen distilleren
  5. zullen distilleren
  6. zullen distilleren
o.v.t.t.
  1. zou distilleren
  2. zou distilleren
  3. zou distilleren
  4. zouden distilleren
  5. zouden distilleren
  6. zouden distilleren
en verder
  1. is gedistilleerd
  2. zijn gedistilleerd
diversen
  1. distilleer!
  2. distilleert!
  3. gedistilleerd
  4. distillerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

distilleren [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. distilleren (aftrekken)
    la distillation

Vertaal Matrix voor distilleren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
distillation aftrekken; distilleren distillatie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
distiller distilleren; stoken branden; brandmerken; inbranden; markeren; van stigma's voorzien

Wiktionary: distilleren


Cross Translation:
FromToVia
distilleren distiller destillieren — Flüssigkeiten durch Verdampfen und Kondensieren trennen