Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. gekronkeld:
  2. kronkelen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gekronkeld (Nederlands) in het Frans

gekronkeld:

gekronkeld bijvoeglijk naamwoord

  1. gekronkeld (slingerend; geslingerd)
    tourné

Vertaal Matrix voor gekronkeld:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tourné gekronkeld; geslingerd; slingerend gedraaid; gefilmd; verdraaid; verwrongen

gekronkeld vorm van kronkelen:

kronkelen werkwoord (kronkel, kronkelt, kronkelde, kronkelden, gekronkeld)

  1. kronkelen (herhaald krommen; twisten)

Conjugations for kronkelen:

o.t.t.
  1. kronkel
  2. kronkelt
  3. kronkelt
  4. kronkelen
  5. kronkelen
  6. kronkelen
o.v.t.
  1. kronkelde
  2. kronkelde
  3. kronkelde
  4. kronkelden
  5. kronkelden
  6. kronkelden
v.t.t.
  1. heb gekronkeld
  2. hebt gekronkeld
  3. heeft gekronkeld
  4. hebben gekronkeld
  5. hebben gekronkeld
  6. hebben gekronkeld
v.v.t.
  1. had gekronkeld
  2. had gekronkeld
  3. had gekronkeld
  4. hadden gekronkeld
  5. hadden gekronkeld
  6. hadden gekronkeld
o.t.t.t.
  1. zal kronkelen
  2. zult kronkelen
  3. zal kronkelen
  4. zullen kronkelen
  5. zullen kronkelen
  6. zullen kronkelen
o.v.t.t.
  1. zou kronkelen
  2. zou kronkelen
  3. zou kronkelen
  4. zouden kronkelen
  5. zouden kronkelen
  6. zouden kronkelen
en verder
  1. is gekronkeld
  2. zijn gekronkeld
diversen
  1. kronkel!
  2. kronkelt!
  3. gekronkeld
  4. kronkelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kronkelen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
courber à plusieurs reprises herhaald krommen; kronkelen; twisten

Verwante woorden van "kronkelen":


Wiktionary: kronkelen

kronkelen
verb
  1. in veel bochten lopen of bewegen

Cross Translation:
FromToVia
kronkelen méandre; grecquer mäandernGeographie: (bezogen auf Flüsse, Bäche) einen gewundenen Verlauf wie der Mäander aufweisen, sich in Mäanderform bewegen