Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. zuiden:
  2. zuid:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zuiden (Nederlands) in het Frans

zuiden:

zuiden [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het zuiden
    le sud; le midi
    • sud [le ~] zelfstandig naamwoord
    • midi [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zuiden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
midi zuiden middag; zuid
sud zuiden zuid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sud zuidelijk

Verwante woorden van "zuiden":


Antoniemen van "zuiden":


Verwante definities voor "zuiden":

  1. gebied dat ligt tegenover de richting van de kompasnaald1
    • we gaan naar het zuiden voor de zon1

Wiktionary: zuiden

zuiden
noun
  1. windstreek|nld een van de windstreek, die op landkaarten overeenkomt met de onderkant
    • zuidensud
zuiden
noun
  1. indén|fr géographie|fr Point cardinal opposé au nord.

Cross Translation:
FromToVia
zuiden sud; midi Südenohne Artikel: Himmelsrichtung, die zum Südpol weist
zuiden sud; midi south — compass point

zuid:

zuid [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. zuid
    le sud; le midi
    • sud [le ~] zelfstandig naamwoord
    • midi [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zuid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
midi zuid middag; zuiden
sud zuid zuiden
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sud zuidelijk

Verwante woorden van "zuid":


Wiktionary: zuid


Cross Translation:
FromToVia
zuid sud; midi Südenohne Artikel: Himmelsrichtung, die zum Südpol weist
zuid méridional; sud südlich — auf den Süden, auf Süd bezogen, in der Richtung des Südens
zuid sud; méridional; austral south — of or pertaining to the south
zuid méridional; sud; austral southern — of the south