Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. derailleren:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor derailleren in het Nederlands

derailleren:

derailleren werkwoord (derailleer, derailleert, derailleerde, derailleerden, gedarailleerd)

  1. derailleren
    derailleren; ontsporen; uit het spoor raken
    • derailleren werkwoord (derailleer, derailleert, derailleerde, derailleerden, gedarailleerd)
    • ontsporen werkwoord (ontspoor, ontspoort, ontspoorde, ontspoorden, ontspoord)

Conjugations for derailleren:

o.t.t.
  1. derailleer
  2. derailleert
  3. derailleert
  4. derailleren
  5. derailleren
  6. derailleren
o.v.t.
  1. derailleerde
  2. derailleerde
  3. derailleerde
  4. derailleerden
  5. derailleerden
  6. derailleerden
v.t.t.
  1. heb gedarailleerd
  2. hebt gedarailleerd
  3. heeft gedarailleerd
  4. hebben gedarailleerd
  5. hebben gedarailleerd
  6. hebben gedarailleerd
v.v.t.
  1. had gedarailleerd
  2. had gedarailleerd
  3. had gedarailleerd
  4. hadden gedarailleerd
  5. hadden gedarailleerd
  6. hadden gedarailleerd
o.t.t.t.
  1. zal derailleren
  2. zult derailleren
  3. zal derailleren
  4. zullen derailleren
  5. zullen derailleren
  6. zullen derailleren
o.v.t.t.
  1. zou derailleren
  2. zou derailleren
  3. zou derailleren
  4. zouden derailleren
  5. zouden derailleren
  6. zouden derailleren
en verder
  1. ben gedarailleerd
  2. bent gedarailleerd
  3. is gedarailleerd
  4. zijn gedarailleerd
  5. zijn gedarailleerd
  6. zijn gedarailleerd
diversen
  1. derailleer!
  2. derailleert!
  3. gedarailleerd
  4. deraillerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze