Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor gemakkelijkheid in het Nederlands

gemakkelijkheid:

gemakkelijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de gemakkelijkheid
    het gemak; de gemakkelijkheid
  2. de gemakkelijkheid
    de gemakkelijkheid; gerieflijkheid
  3. de gemakkelijkheid
    de soepelheid; de gemakkelijkheid; de inschikkelijkheid

Verwante woorden van "gemakkelijkheid":


gemakkelijkheid vorm van gemakkelijk:

gemakkelijk bijvoeglijk naamwoord

  1. gemakkelijk
    eenvoudig; gemakkelijk; makkelijk; simpel; licht; niet moeilijk
  2. gemakkelijk
    comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk; aangenaam
  3. gemakkelijk
    practisch; nuttig; gemakkelijk
  4. gemakkelijk
    – plezierig om te gebruiken of mee om te gaan 1
    gemakkelijk
    – plezierig om te gebruiken of mee om te gaan 1
    • gemakkelijk bijvoeglijk naamwoord
      • mag ik in de gemakkelijke stoel?1
  5. gemakkelijk
    – wat je zonder veel inspanning kunt doen 1
    gemakkelijk
    – wat je zonder veel inspanning kunt doen 1
    • gemakkelijk bijvoeglijk naamwoord
      • deze les is gemakkelijk1

gemakkelijk bijwoord

  1. gemakkelijk

Verwante woorden van "gemakkelijk":

  • gemakkelijkheid, gemakkelijker, gemakkelijkere, gemakkelijkst, gemakkelijkste, gemakkelijke

Alternatieve synoniemen voor "gemakkelijk":


Antoniemen van "gemakkelijk":


Verwante definities voor "gemakkelijk":

  1. plezierig om te gebruiken of mee om te gaan1
    • mag ik in de gemakkelijke stoel?1
  2. wat je zonder veel inspanning kunt doen1
    • deze les is gemakkelijk1